Geert en Henneke van Zitteren bouwen hun laatste nestje in Venlo, na 43 jaar is de cirkel rond. Het echtpaar keert terug naar Venlo. De stad van hun jeugd, waar hun liefde begon en hun geluk nog steeds voor het oprapen ligt. “Het voelt als thuiskomen.”
Hun verhaal begint in de winter van 1978. Vanwege een kakkerlakkenplaag verruilt Geert zijn studentenkamer in Tilburg voor een appartementje in z’n thuisstad Venlo. Daar aan de Kaldenkerkerweg leert hij Henneke kennen. Zijn buurvrouw. In de bioscoop slaat nog diezelfde week de vonk over. Zes weken later zijn ze verloofd. “Het eerste wat we samen kochten was een kerststal. Een prachtige, houten stal uit Jeruzalem.”
Een half jaar na hun eerste ontmoeting bezegelen ze hun liefde met het huwelijk en slaan ze hun vleugels uit naar Den Haag. Geert gaat er werken in de automatisering, eerst voor Defensie, later als zelfstandig adviseur. Ze krijgen vier kinderen; twee jongens, twee meisjes. Na enkele omzwervingen strijkt het gezin begin jaren negentig neer in het Overijsselse Raalte, midden in het Salland. Geert gaat er aan de slag als docent wiskunde en informatica, Henneke vindt haar weg als activiteitenbegeleidster in de gehandicaptenzorg. In hun vrije tijd doen ze veel vrijwilligerswerk. Zo begeleidt Henneke bijvoorbeeld een orkest voor mensen met een verstandelijke beperking en zet Geert zich in als boswachter voor Natuurmonumenten.
Daarnaast loopt het geloof als een rode draad door het leven. “In de kerk doe ik inspiratie op en voel ik weer waar het leven in essentie om draait. De liefde voor elkaar”, vertelt Geert. Henneke knikt instemmend. “In Venlo ging ik altijd naar de Jongerenkerk. Bij die kerk voel ik me het meest thuis. De teksten die je daar hoort zijn niet zo verheven. Niet dogmatisch, maar juist pragmatisch. Met beide benen op de grond, dat spreekt me aan.”
Bijna drie decennia woonde het echtpaar Van Zitteren in Overijssel. Al die jaren bleef Venlo in hun hart. Ut stedje van lol en plezeer. Geerts ogen glinsteren als hij over zijn ‘tweede, grote liefde’ praat. De stad waar zijn leven begon, in de horeca werkte en bijna wekelijks VVV naar een overwinning schreeuwde. “Thuis in Raalte draaiden we altijd Limburgse muziek. Onze kinderen spreken geen dialect, maar zingen wel Rowwen Hèze mee. Eigenlijk zijn we nooit weggeweest uit Limburg Mijn ouders en mijn broers wonen nog steeds in Venlo, net als twee zussen van Henneke. Elke keer als ik uit de trein stap, voelt het als thuiskomen. Dan begin ik direct weer Venloos te praten. Heerlijk vertrouwd.”
Ze hadden het al vaker tegen elkaar gezegd. ‘Ooit, als de kinderen groot zijn, gaan we terug.” Een nieuwsbrief van JPO gaf een paar jaar geleden het beslissende zetje. Hennekes oog viel op het project Aan de Stadsmuur in Q4, een van de oudste wijken waar de stad het water raakt. De brochure wakkerde hun interesse aan en na een bezoek aan de locatie was het echtpaar verkocht. “Toen we daar stonden voelden we het meteen: hier willen we samen oud worden. Het is een prachtige, historische plek, een uniek stukje Venlo. Rustig en toch vlakbij het centrum.”
Terwijl de contouren van de nieuwbouw zichtbaar worden, zien Geert en Henneke hun nieuwe leven al voor zich. Samen op het buitenterras in hun nieuwe, gasloze appartement op de begane grond. Tussen de bloemen, uitkijkend over de Maas. Het Wilhelminapark en de binnenstad binnen handbereik. Grote wensen heeft het echtpaar niet. Een mooie wandeling in de natuur. Een goed boek. Warme ontmoetingen met de kinderen en kleinkinderen. Het geluk zit in de kleine dingen. 44 jaar nadat ze hun prille liefde met een kus beklonken – zullen ze hun intrek nemen in hun nieuwe woning langs de Maas. Alsof ze nooit uit Venlo zijn weggeweest. Ook voor de kerststal die ze in 1978 samen kochten, is de cirkel straks rond. “Die staat nu nog in de opslag, maar krijgt straks met Kerst een mooi plekje in ons nieuwe huis.”